Sankt-Vith

Zaterdag 14 februari

Van zo gauw we onze mobi hebben opgehaald bij Konings, waar we hem ruim een maand geleden hadden afgeleverd voor een jaarlijkse onderhoudsbeurt en wat aanpassingen zoals een automatische schotelantenne, stouwen we proviand in de koelkast en vertrekken richting Sankt-Vith. Het is berenkoud en op de Ardeense vlaktes ligt tot dertig centimeter sneeuw, als we de informatie van “weerstationmaasmechelen” mogen geloven. Ik heb Cris zo gek gekregen dat hij de langlauflatten wil aanbinden en gisteren hadden Jean en de kinderen niet veel overredingskracht nodig om met hun camper naar Skihut Rodt af te zakken. We zullen hen ter plekke opwachten. We hebben hier al eens overnacht met onze oude Ford, kwamen vorige winter met de auto een dagje wandelen in de sneeuw, kortom een plekje waarnaar je terugkomt, het is er goed.

Even voorbij Luik merk ik de eerste sporen van het sneeuwtapijt langs de E40, het stemt me vrolijk. De snelwegen zijn ijs- en sneeuwvrij, helemaal tot op onze bestemming. Zelfs de secundaire wegen naar het recreatiecentrum op de Tomberg zijn vrij gemaakt, hier liggen de bermen wel bepakt met een dik witte sneeuwlaag. De beloofde winterpret kan beginnen! Net voor we de weg naar de skihut opdraaien grap ik nog naar Cris: “het is te hopen dat er nog plaats is, rond deze tijd van het jaar houdt de BMHC hier nogal eens een bijeenkomst”. En jawel de nochtans ruime parking staat afgeladen vol met riante rijdende villa’s en bescheiden motorhomes van de Belgische Motorhome Club.

Het zwarte asfalt heeft ondertussen plaats geruimd voor een grauw bereden sneeuw- en ijslaag. Waarom heb ik de sneeuwkettingen die we vorige maand aanschaften ook al weer thuis gelaten ? Ik stuur de mobi behoedzaam over het zichtbaar gladde wegdek tot vooraan de parking, vlak voor de deur van de skihut is er nog een plaatsje tussen de personenwagens. Bij het keren verminder ik vaart en de wielen van onze Ducato slippen driftig door op een spekglad plekje. Enkele BMHC-leden kijken geamuseerd toe terwijl ik onze mobi terug achteruit laat lopen. Tweede poging, net op dezelfde plaats verliest onze voorwielaandrijving opnieuw haar grip. Nog maar eens achteruit, hier neem ik de beste beslissing van het weekend: geef het stuur aan Cris en in één vlotte beweging jaagt die ons gevaarte over de schaatsbaan. De toeschouwers knikken enigzins bewonderend in zijn richting. Cris weet in zulke omstandigheden het hoofd koel te houden, trekt zich daarom ook beter uit de slag dan ikzelf. Gezwind parkeert hij de mobi netjes tussen de autos. Ik ben ondertussen uitgestapt en stop de keggen onder voorwielen. Ware het niet om waterpas te staan, dan toch om morgen niet onmiddellijk te gaan schuiven wanneer we proberen te vertrekken. Ik ben er niet gerust in…

So far so good. Na een frisse neus gehaald te hebben samen met onze Duvel en te hebben genoten van een plaatselijk biertje in de skihut, willen we onze nieuwe aanwinst ook eens uitproberen. Nog voor we de kans hebben om de schotelantenne in te schakelen, knettert er iets achteraan de decoder bij het inpluggen van de 12V stekker. Het onding geeft geen krimp meer en ik herken de symptomen: smeltzekering gesprongen. Terwijl ik mijn schroevendraaier zoek, om de decoder open te gooien, merkt Cris dat het rode ledje op de voedingskabel niet meer brandt. Ah dan is de schuldige al gevonden. Reserve zekeringetjes heb ik niet bij, maar een reepje aluminiumfolie kan tijdelijk wel een uitkomst bieden – toegegeven het is een weinig orthodoxe methode – mijn grootvader heeft me dit jaren geleden eens getoond. Enkele minuten later zitten we voor ons kleine teeveetje de capriolen van Balthazar Boma en de Kampioenen te volgen terwijl de Truma uit alle macht zijn best doet om overal een behaaglijke warmte rond te blazen.

De voorspellingen spreken van -9° voor deze nacht. Wanneer Jean en de kinderen ’s avonds laat toekomen zit de buitentemperatuur al terug aardig onder nul. Ik heb de indruk dat onze Truma en enkele uurtjes televisie het betere deel van onze woonbatterij hebben benut. Gisteren nog had ik Jean stellig op het hart gedrukt dat wij onze stroomgroep zouden meenemen – voor hun iets oudere motorhome is het soms wat behelpen wanneer er geen mogelijkheid is aan de paal te hangen. Bij ons vertrek had Cris me bezworen dat we niet meer met ‘onze oude’ onderweg waren en die stroomgroep overbodig was: geen hulplijn dus.

Maar ondernemend als Jan is, duurt het nooit lang vooraleer hij een passende oplossing bedenkt. Sommige motorhomes uit het BMHC gezelschap nemen stroom bij de ‘Ski Verleih’ en op een, twee, drie zijn ook onze elektrische noden verholpen. Terwijl de kinderen al slapen, kraken we nog een flesje zomerse herinneringen aan een uitstapje naar de Moezel. Even over middernacht in onze alkoof, neem ik me voor een tweede woonaccu te plaatsen.

Zondag 15 februari

’s Morgens vroeg, wanneer ik Duvel even uitlaat, komen de eerste langlauf-toeristen de parking al opgereden. Jan en de kinderen zitten aan het ontbijt wanneer Cris buiten in de sneeuw verschijnt. We gaan langlaufen, voor amper 5 euro kan je een halve dag op de latten staan: nog geen honderd meter van de parkeerplaats weg, maak ik van dichtbij kennis met het langlaufparcours. Na de eerste bocht krijgen we het ritme te pakken; langlaufen blijkt meer te zijn dan een beetje glijden over de sneeuw. Het vergt behoorlijk wat inspanning, vooral wanneer het terrein licht naar omhoog glooit. Het is middag wanneer we enigszins moe, maar voldaan, terug aan de mobilhome komen. Duvel is blij dat hij weer eens de poten kan strekken.

Onze vrienden zijn ondertussen vertrokken voor een sleetochtje doorheen de bevroren bossen. Ze komen net op tijd terug om enkele van de vertrekkende BMHC campers vlot te duwen. Ben ik blij dat Cris op de keggen is gaan staan, maar toch hou ik mijn hart vast voor ons vertrek. We nemen afscheid en keren terug richting Leuven. Zoals te verwachten was, stuurt Cris probleemloos over de dichtgevroren parking, maar dat onbehaaglijke gevoel ebt pas bij me weg wanneer hij onze mobi het droge asfalt van de E42 opstuurt.